woensdag 17 april 2013

Snickerdoodles


Mijn vriend is de grootste zoetekauw die ik ken (samen met zijn broer en vader). Op zich best handig, is er iets zoets in huis, dan is er een grote kans dat hij het voor mijn neus weggesnaaid heeft tijdens een suikeraanval. Kom ik zelf niet meer in de verleiding! Tijdens mijn zwangerschap had ik zelf geen last van accute aandrang naar glacékoeken of marsepein, maar Robert ging volledig los....  De beste oplossing is gewoon niets zoets meer in huis te halen, maar toen kwam hij tot de ontdekking dat je in een handomdraai ook zelf koekjes kunt (laten) maken die bovendien nog veel lekkerder zijn. Dus strijk ik af en toe over mijn hart en ga ik 's avonds koekjes voor hem bakken. Want je wordt volgens mij nog veel gelukkiger van koekjes bakken dan van koekjes eten.

Dit recept is een van de meeste geweldige Amerikaanse koekjes die ik ken (en met de beste naam). Waar wij van knapperige koekjes houden, vinden Amerikanen het het lekkerste als ze chewy zijn van binnen. Toch gaat iedere Nederlander die ik deze koekjes heb voorgezet helemaal uit zijn plaat...  dus succes verzekerd. En je maakt ze dus in een handomdraai!

Snickerdoodles (voor 2 bakplaten)


360 g bloem
2 thl bakpoeder
227 g boter
300 g kristalsuiker
2 grote eieren
Merg van 1 vanilleboon
1/2 thl zout

60 g kristalsuiker
2 thl kaneelpoeder

Doe de boter en de suiker in een magimix (of gebruik een mixer met deeghaken) en meng dit tot een homogene massa. Voeg de eieren een voor een toe en hierna de vanille, de bloem, zout en bakpoeder. Laat het deeg een uur rusten in de ijskast (mocht je heel erg ongeduldig zijn, kun je dit ook nalaten maar dan kan het deeg eerder breken).

Draai balletjes van ongeveer 1 cm en rol deze door het mengsel van suiker en kaneel. Druk ze plat (ca. ½ cm) op een bakplaat bekleed met bakpapier.

Bak 9 minuten op 190 graden Celsius. 

dinsdag 16 april 2013

Vegetariër-Carnivoren oorlog

Vorige week kwam ik via facebook een leuk artikeltje in de Volkskrant tegen over de jacht en het eten van vlees. Ik persoonlijk destilleerde uit dit artikel dat de schrijfster opriep verantwoord vlees te eten. Dit houdt in dat je niet iedere dag vlees moet eten en beter vlees kunt eten dat een goed leven heeft gehad. Een dier dat dood geschoten wordt door een professionele jager (relatief weinig stress en pijn) om een populatie gezond te houden is dan de meest ideale vorm van vlees eten. Toch bleek al snel dat dit soort editorials door iedereen anders gelezen worden. Zo las mijn vriend bijvoorbeeld: Sex and the City achtige jaagster vertelt hoe leuk het is om een everzwijntje af te knallen. Als er kinder of dierenleed bij komt kijken roept dit kennelijk heftige emoties op. Daar had ik duidelijk niet over nagedacht....   Compleet uitgaande van mijn overtuiging bewust met eten om te gaan had ik het artikel al vrolijk gedeeld op facebook in de hoop iets bij de dragen aan een betere wereld....  wrong!!! In mijn brede vriendenkring komen namelijk best veel vegetariërs voor. Aan de andere kant van mijn vriendenspectrum echter een aantal overtuigde carnivoren. En 2 daarvan vonden elkaar vervolgens bij de commentaren op mijn facebook pagina. Wat volgde was een hoog oplopende discussie waar ik middenin kwam te zitten. Moraal van het verhaal is dat beiden wel wat interessants te melden hadden. De vegetariër vroeg zich af waarom ik vlees at als ik zo goed kon koken. De carnivoor gaf aan zich af en toe crimineel te voelen omdat hij vlees eet. Jammer in de discussie was dat laatstgenoemde hier niet bij vermelde dat hij ook erg lekker vegetarisch kan koken. Punt is, dat ik vlees zelf heel lekker vind. Als je alleen beseft dat het nog geen 50 jaar geleden een luxe product was en mensen meestal een vleesloze maaltijd aten, kun je bedenken of we niet helemaal zijn doorgeslagen. Mensen aten zoveel vlees als ze levende dieren in hun achtertuin kwijt konden en nu hebben we  per hoofd van de bevolking een voetbalveld nodig.

Afgezien van de belasting voor het milieu en dat het niet goed is voor je gezondheid, beperken we ons ook op culinair vlak door iedere dag vlees te eten. Waarom groenten en granen niet een keer de hoofdrol van ons gerecht laten spelen. De structuren van deze producten zijn zo divers, dat je uitgedaagd wordt om hier spannende en gevarieerde gerechten mee te maken. Een kwalitatief hoogwaardig stukje vlees of vis bakken is makkelijker. Dit heeft een mooie verzameling vegetarische recepten opgeleverd die ik graag met jullie wil delen. Aangezien ik vleesvervangers haat ben ik altijd op zoek naar een goed hoofdelement van de maaltijd. Niemand binnen ons gezin mist zo nog het stukje vlees. Als we het dan een keertje eten is het extra genieten.

Het moet natuurlijk wel te doen zijn om na je werk, het huishouden en de kinderen iets te maken wat aan bovenstaande eisen voldoet. Vandaar dit relatief simpele gerecht wat het ook nog heel goed doet bij kinderen.

Tomaten keftedes (4 personen)


2 eieren
1/3 kop Kikkererwtenmeel, gezeefd
2/3 bloem, gezeefd
1/4 kop water
1/3 thl. gemalen komijn
1/4 thl. bakpoeder
anderhalf blik tomatenblokjes die je in een grote zeef doet, een beetje aandrukt en dan een uur uit laat lekken
2 zongedroogde tomaten, fijngehakt
2 lenteuitjes, in fijne ringetjes
2 eet. verse dille
peper en zout
olie om in te bakken

1/2 Komkommer
1 kop Turkse yoghurt
2 eetl. munt, in reepjes gehakt
1 eet. dille
rasp 1/3 citroen
1 kleine teen knoflook, fijngehakt
peper en zout

Mix de eieren, meelsoorten, bakpoeder, komijn en het water tot een dik beslag. Laat een uur rusten. Laat ondertussen de tomaten uitlekken. Doe na het uur de tomaten, zongedroogde tomaten, dille en de uitjes bij het beslag en proef na.

Snijd de komkommer over dwars in 4 stukken en snijd de zaadlijsten eruit. Snijd de komkommer overlangs nog een keer doormidden en snijd in kleine stukjes. Meng de yoghurt, de kruiden, de citroenrasp en de knoflook door elkaar en doe de komkommer erbij. Je krijgt hierdoor een soort grove tzatziki. Breng op smaak met peper en zout.

Verhit de olie in een pan en schep lepels beslag hierin. Druk een beetje plat. Bak ze om en om goudbruin (als een soort drie in de pan).

Serveer met de tzatziki en een lekkere salade.

Eet smakelijk, Liselore!






maandag 8 april 2013

Alkmaarse Gort

Risotto van Alkmaarse Gort

Ik denk dat ik al zeker een jaar overal in Haarlem zoek naar parelgort. Alle natuurwinkels af geweest, Marqt, Mabrouk, name it...  Bij laatste liep ik uiteindelijk tegen Alkmaarse gort aan en besloot dat het verschil toch niet ontzettend groot moest zijn en het daar dan maar eens mee te proberen. Bovendien kook ik graag met locale producten.

In Ottolenghi's kookboek Jeruzalem dat ik nieuw heb en uit aan het proberen ben, stond een risotto van parelgort. Leek me een prima uitgangspunt om mijn Alkmaarse gort te testen. Het resultaat was super en de gort op de foto leek niet heel veel af te wijken van de Alkmaarse. Dit maakte me nieuwsgierig naar de herkomst. Werd een beetje een deceptie...   Hoewel er vroeger rondom Alkmaar heel veel gort verbouwd werd en de stad hier bekend om stond, blijkt het Alkmaarse in dit geval te maken te hebben met het slijpen van de korrels. Zit het vliesje er nog aan, heet het Friese Gort, wordt de korrel mooi rond geslepen, heet het Alkmaarse gort en bij parelgort zijn de korrels nog wat kleiner en ronder geslepen zodat de inkeping zelfs nauwelijk zichtbaar is. En daar houdt het locale van het product dan ook gelijk helemaal op...  Het begon hoopvol doordat de leverancier uit Velserbroek komt (Brandwijk). De leverancier bleek vervolgens niet in staat precies aan te geven waar het verbouwd wordt, behalve dat het uit Europa komt en niet biologisch geteeld is. De graan business schijnt al net zo schimmig te zijn als die van de aardolie, dus laat ik het maar hangen. Mocht iemand Nederlands geteelde gort kennen, let me know!

Het smaakt in ieder geval lekkerder dan het klinkt. Voordat je al te natuurvoeding achtige associaties krijgt...  Alkmaarse of parelgort doet erg aan risotto denken en is weer eens wat anders. De lekkere bite van de korrels maakt het bovendien ook erg geschikt voor salades. Aanrader dus.

Risotto van gort met gemarineerde feta (4 personen)

200 g parelgort
30 g boter
6 eetl. olijfolie
3 kleine stengels bleekselderij in kleine blokjes
2 kleine sjalotten, gesnipperd
4 tenen knoflook, fijngehakt
4 takjes tijm
1/2 thl. gerookte paprikapoeder
1 laurierblad
4 reepjes citroenschil
1/2 thl. chilivlokken
1 blik van 400 g tomatenblokjes
7 dl groentebouillon
3 dl gepasseerde tomaten
1 eet. zwart karwijzaad
300 g zachte feta
verse oregano

Was de gort goed onder de koude kraan en laat hem uitlekken.

Smelt de boter en 2 eet. olijfolie en smoor hierin de bleekselderij, sjalot en knoflook in 5 minuten glazig. Doe de gort, tijm, paprikapoeder, laurier, citroenschil en de chilivlokken hierbij en bak even mee. Blus af met bouillon, tomatenblokjes en passata en 1/2 eet. zout. Roer alles door elkaar. Breng aaan de kook en draai het vuur zo laag dat de vloeistof nog net beweegt. Laat de risotto in 45 min. gaar worden. Roer regelmatig om te voorkomen dat de gort aanzet op de panbodem. Na 45 minuten moet de gort gaar zijn en vrijwel al het vocht opgenomen zijn. Breng de risotto op smaak.

Rooster intussen het karwijzaad een paar minuten in een droge koekenpan. Kneus het licht.

Doe de risotto in een kom en verdeel hier wat feta over. Besprenkel met het karwijzaad en olijfolie en bestrooi met verse oregano.

Ik heb de gort geserveerd met de bonen salade uit mijn eerste blog.

Eet smakelijk! Liselore





dinsdag 2 april 2013

comfort food coquilles

Ik heb besloten dat ik Pasen een super feestdag vind....   Heb je in december "kerstverplichtingen" (hoewel erg gezellige) kun je met Pasen lekker je eigen plan trekken. Helemaal wanneer je na een Paaskoffie die vanwege een plaatselijke sneeuwstorm in een spontane lunch was veranderd toch opeens kerst vibes hebt gekregen!Verwarming hoog en lekker op de bank films kijken. Daar hoort natuurlijk comfort food bij. Omdat we oorspronkelijk nogal ambitieuze plannen in de keuken hadden, kreeg het comfort food toch nog een chique randje: coquilles en een kwarteltje. Maar onder de omstandigheden zo bereid dat ik er alleen maar af en toe de film voor op pauze hoefde te zetten, een paar handelingen hoefde te verrichten en dan snel weer naar de bank kon rennen met mijn wijntje.

Eerlijkheidshalve moet ik erbij zeggen dat dit gerecht geïnspireerd is door de coquilles van Baut in Amsterdam. In de recensies van het Parool en de Volkskrant werd dit restaurant de hemel in geprezen. Was ik het niet helemaal mee eens. Conclusie was in de eerste plaats dat de lyrische woorden over de friet bij nader inzien betekenen dat de heren recensenten kennelijk nog nooit een grandioos frietje hebben gegeten. De coquilles echter zijn een absolute reden om er een keer te gaan eten. Het waren perfect gebakken coquilles op bloemkoolcrème met een schuimige saus van ik denk gefermenteerde knoflook. Waanzinnig!!!!! Ik had alleen geen gefermenteerd knoflook en ik had geen zin om een beurre blanc te maken, te veel werk....    Hier is dit gerecht uit voort gekomen. Simpel doch doeltreffend. Bovendien in de geest van het gerechtje van Baut! 

In Birshire ham gewikkelde coquilles op bloemkool-gepofte knoflook crème met beurre noisette 
(4 pers.)

8 coquilles
4 plakken gerookte ham (in dit geval gerookte Birkshire Ham van Van Bunnik, kan ook met parmaham of serranoham)
Halve bloemkool (middelgroot)
eetl. roomboter (voor de crème)
8 grote tenen knoflook
Peper en zout
125 g roomboter (voor de beurre noisette)

Pak de tenen knoflook in, in aluminiumfolie. Doe 40 min. op 150 graden in de oven op een rooster of op een bergje zeezout op een ovenplaat. Je weet wanneer het klaar is omdat er een hele lekkere gekarameliseerde geur uit de oven komt. 

Snijd de bloemkool in kleine roosjes. Breng in een middelgrote pan genoeg gezouten water aan de kook zodat de bloemkool onder komt te staan (als je te veel water in de pan doet, raak je te veel smaak van de bloemkool aan het water kwijt). Kook de bloemkool heel gaar (in 20 min. tot een half uurtje). 

Haal in de tussentijd het losse witte stukje (is een taai spiertje) van de coquille. Snijd de plakken ham over de lengte door de midden. Wikkel de ham om de zijkant van de coquilles. 

Draai de bloemkool helemaal fijn in de keukenmachine of met de staafmixer. Doe hier de gepelde tenen knoflook bij en draai mee. Monteer op met boter en breng op smaak met peper en zout. Ik vind het zelf niet nodig om dit nog door een zeef te halen. Zeker niet als je voor de tv hangt...

Bak de coquilles in zonnebloemolie op redelijk hoog vuur aan een kant mooi bruin. Draai om, draai het vuur laag en bak de andere kant mooi bruin. Laat nog een paar minuten nawarmen in de pan, van het vuur af. Is de gaarheid perfect. 

Doe de boter in een pannetje en laat deze lichtbruin worden. Hij is goed als hij naar koekjes begint te ruiken.

Smeer twee lepels bloemkoolcrème op een voorverwarmd bord. Leg hier de coquilles op en lepel de boter er overheen. Normaal gesproken maak je het gerechtje natuurlijk helemaal af met wat kervel of cresson, maar dat pas natuurlijk niet bij junk food!